Regolazione manuale deu’otturatore, 2 premete il selettore [push, Nederlands – Panasonic NVDS35EG Manuale d'uso
Pagina 53: Handmatig instellen van de, Regolazione manuale dell’otturatore
Attenzione! Il testo di questo documento è stato raddrizzato automaticamente. Per vedere il documento originale, puoi usare la "Modalità originale".

MNL
►
1/1000
ITALIANO
Regolazione manuale deU’otturatore
Regolando manualmente la velocità dell’otturatore è possibile
aggiungere effetti molto personali, adeguarsi a particolari
condizioni di illuminazione o riprendere oggetti che si
muovono molto velocemente.
1
Impostate il selettore del modo di ripresa su
[MNL].
Apparirà l’indicazione [MNL],
2
Premete il selettore [PUSH].
Apparirà l’indicazione di velocità dell’otturatore.
Premendo ripetutamente il selettore [PUSH] è possibile
passare dall’indicazione di velocità dell’otturatore
all’indicazione di compensazione del diaframma
_ (Valore F) (-► 54).
3
Ruotate il selettore [PUSH] per regolare la
velocità deil’otturatore.
Possibiiità di regoiazione
Da 1/50 di secondo a 1/8000 di secondo.
La normale velocità dell'otturatore è di 1/50 di see.
Più vi avvicinate alla regolazione di [1/8000] di see., piщ и
veloce l’otturatore.
•Quando la funzione [PROGRESSIVE] del sottomenu
[CAMERA SETUP] è impostata su [ON], è possibile
selezionare solo le velocità dell’otturatore che sono
comprese tra 1/50 e 1/500 di secondo.
• Le immagini in riproduzione di soggetti che siano fortemente
illuminati
0
che abbiano molti riflessi di luce possono
contenere delle striature luminose verticali.
• Durante la normale riproduzione, le transizioni da scena a
scena possono non essere fluide.
• Evitate di riprendere in ambienti illuminati da lampade
fluorescenti, al mercurio o al natrio. I colori e la luminosità
delle immagini in riproduzione potrebbero non essere stabili.
• Se la funzione [PROGRESSIVE] del sottomenu [CAMERA
SETUP] è impostata su [AUTO] e la velocità dell’otturatore è
impostata su 1/750 di see. o su un valore superiore, non
sarà possibile utilizzare il modo Progressive Photoshot.
•Quando si utilizza il modo Guadagno (-► 41) o uno qualsiasi
dei programmi di esposizione automatica (-► 39) non sarà
possibile regolare la velocità dell’otturatore. Regolando
manualmente la velocità deH'otturatore, verranno cancellate
queste impostazioni.
• Regolate la velocità dell’otturatore in base alle condizioni di
ripresa.
Per tornare alla normale velocità dell’otturatore
impostate il selettore del modo di ripresa su [AUTO].
1
2
NEDERLANDS
Handmatig instellen van de
Sluitersnelheid (handmatlge sluitersnelheldinstelling)
Met deze functie kunt u spéciale, creatieve effecten bereiken,
of snelle actiescènes en scènes onder spéciale
belichtingsomstandigheden probleemloos opnemen.
Zet de functiekeuzeschakelaar in de stand [MNL].
De [MNL] indicatie wordt afgebeeld.
Druk de [PUSH] keuzeschijf in.
De sluitersnelheidsindicatie wordt afgebeeld.
U kunt omschakelen tussen de sluitersnelheidsindicatie
en de diafragma-instellingsindicatie (F-getal) (-» 54) door
bij herhaling de [PUSH] keuzeschijf in te drukken.
3
Draai de [PUSH] keuzeschijf om de
sluitersnelheid in te steilen.
Bereik van de sluitersnelheid
1/50-1/8000 seconde
De standaard sluitersnelheid is 1/50 seconde.
Hoe dichter de instelling bij [1/8000] seconde komt, hoe hoger
de sluitersnelheid wordt.
•Wanneer het item [PROGRESSIVE] op het [CAMERA SETUP]
submenu is ingesteld op [ON], is het bereik aan instelbare
sluitersnelheden beperkt van 1/50 sec. tot 1/500 sec.
• Het weergavebeeld van onderwerpen die door feile bronnen
worden belicht of met veel lichtweerkaatsing, kunnen
verticale lichtstrepen bevatten.
•Tijdens normale weergave is het mogelijk dat de
scène-overgangen niet soepel zijn.
•Voorkom opnemen onder fluorescerende lampen,
kwikdamplampen of natriumlampen, aangezien deze
fluctuaties in de kleuren en de helderheid van het
weergavebeeld kunnen veroorzaken.
•Wanneer het item [PROGRESSIVE] op het [CAMERA
SETUP] submenu is ingesteld op [AUTO] en de
sluitersnelheid is ingesteld op 1/750 sec. of hoger, kan de
progressive photoshotfunctie niet worden gebruikt.
•Wanneer u de onderbellchting-compensatiefunctie (-► 41) of
een van de automatische belichtingsfuncties (-► 39)
gebruikt, is het niet mogelijk de sluitersnelheid in te stellen.
Als de sluitersnelheid handmatig werd ingesteld, zai deze
instelling worden geannuleerd.
•Stel de sluitersnelheid in al naar gelang de opnamesituatie.
Terugkeren naar de automatische
sluitersnelheidsinstelling
Zet de functiekeuzeschakelaar in de stand [AUTO].
I
53